Hoe houden we het christendom levend?
11 minuten leestijd
Markoes

Hoe houden we het christendom levend?

Een pleidooi voor cultuurchristendom in een ongelovige wereld

Hoe houden we het christendom levend?
11 minuten leestijd

Al geruime tijd is er in de samenleving een gevoel van culturele onzekerheid te bespeuren. Een groeiende twijfel, een knagen aan het geweten. Veel mensen stellen zichzelf de vraag wat nu hetgeen is dat ons betekenis, normen, moraal en cultureel besef geeft. Het antwoord voor de atheïstische en agnostische Nederlander is simpel: het cultuurchristendom!

Wat is cultuurchristendom precies?

De invulling van cultuurchristendom kan per persoon heel verschillend zijn. Uiteraard staan hierin de positieve aspecten van het christendom centraal. Denk hierbij aan het waarderen van de esthetiek van een kerk en het geluid van haar klokken in het dorp als onderdeel van de culturele identiteit of de vrijgevigheid en naastenliefde die kerkelijke organisaties opbrengen voor de armen en minderbedeelden in de maatschappij, denk hierbij aan organisaties zoals de Parochiële Caritasinstelling (PCI). Elke parochie heeft een PCI waarbij het uitgangspunt is een maatschappelijke bijdrage te leveren: “De PCI onder­steunt mensen in nood met financiële middelen, individueel maar ook per groep, in de directe omge­ving maar ook ver weg.”1 Op deze wijze heeft cultuurchristendom een praktische waarde om de barmhartigheid en de binding in een samenleving te vergroten.

Echter, cultuurchristendom heeft ook een fundamentelere rol in het leven van ons allen in Nederland en in bredere zin in het gehele westen. Ondanks dat Nederland één van de meest atheïstische landen ter wereld is met een percentage van 54,1 van de bevolking die zichzelf als ongelovig ziet,2 zijn veel van onze normen en waarden gebaseerd op het christendom. De christelijke feestdagen zijn voor vele Nederlanders nog steeds onbetwistbaar qua naam en datum en zondagen worden nog steeds gezien als rustdagen waarbij ook vaak de familie samenkomt voor verjaardagen en andere aangelegenheden.

Dat deze van origine christelijke dagen een dermate culturele waarde hebben in de Nederlandse maatschappij, is niet zonder reden. Het christendom is al meer dan duizend jaar dé religie van Nederland. Maar tijden veranderen uiteraard en het christendom verandert in bepaalde mate ook mee in de loop der eeuwen.

Waar mening filosoof de verlichting, of Eeuw van de Rede als voorloper ziet van de moderne tijd, is er ook consensus over het feit dat de verlichting een christelijk fenomeen is. Zoals de Britse auteur Tom Holland aankaart:

Er is niets in de verlichting wat niet tot het DNA van het christendom behoort. De verlichters zeiden: met ons breekt een nieuw tijdperk aan, de duisternis wijkt, het licht breekt door. Maar precies dát dynamische beeld van een geschiedenis die iets nieuws voor ons in petto heeft, is gevormd door het christendom. In vergelijking daarmee zijn andere religies veel statischer, zelfs monotheïstische godsdiensten als de islam en het jodendom die verwant zijn aan het christendom. Kerngedachte van het christendom is het aanbreken van een nieuwe werkelijkheid, dankzij de Geest die mensen inspireert. Dat zal vanaf de Reformatie in de zestiende eeuw een enorme revolutionaire impuls geven. Maar ook als Bonifatius begint te evangeliseren in Friesland, in de achtste eeuw, is er de belofte van een nieuwe werkelijkheid voor de mens.3

Dit is in essentie hetgeen dat aantoont dat het christendom altijd een deel zal uitmaken van ons culturele besef. Ook al wordt het absolutisme in meer of mindere mate uit de praktijk van het geloof gehaald, de filosofische kern zal er altijd voor zorgen dat christendom een plek heeft in de moderne tijd.

Ondanks dat er minder waarde wordt gehecht aan de theologische waarde in de moderne, atheïstische tijd wordt er daarmee niet afgedaan aan de waarde van de symboliek onder het volk. Toen bijvoorbeeld voetbalclub Real Madrid het kruis van de kroon wilde verwijderen op het officiële logo, weerklonk het ongenoegen daarover door vele landen. Er zijn initiatieven om leeggelopen kerken te behouden door middel van herbestemming van het gebouw en menig jeugdig mens draagt (om allerlei redenen) nog steeds dagelijks het kruis als ketting en soms zelfs getatoeëerd op de huid. Het beeld dat hieruit ontstaat is dat christelijke symboliek wel degelijk nog steeds een significante rol speelt binnen ons cultureel besef.

Verder is er nog een belangrijk aandachtspunt met betrekking tot het cultuurchristendom. Het is van groot belang om de intrinsieke waarde van de beleving en een moreel kader vast te stellen, losstaand van de waarheidsvinding. Dit is goed te rijmen met de brede agnostische stroming in de samenleving. Een groot gedeelte van de mensen gelooft immers in ‘iets’, maar kan hier geen duidelijke richting aan geven. Het cultuurchristendom geeft hier het beste antwoord op. Het geeft een duidelijke richting aan, waarbij aan de hand van duidelijke kaders voor moraal en tradities het christendom beleefd kan worden zonder de verwachting dat er wordt geloofd in de absolute waarheden van de kerk.

Om het concreet samen te vatten, het cultuurchristendom is “een stroming in het christendom waarin het niet zozeer draait om het bestaan van een godheid of een goddelijk wezen, maar om een meer instrumentele visie op het geloof, waarin de positieve effecten van het geloof op het persoonlijke en maatschappelijke leven centraal staan.”4

Küng en Vattimo en het cultuurchristendom

“Kein Überleben ohne Weltethos. Kein Weltfriede ohne Religionsfriede. Kein Religionsfriede ohne Religionsdialog.”

Hans Küng

Met deze bewoording omschrijft Hans Küng in 1990 het belang van een Weltethos.5 Küng zag namelijk in alle grote religies een gedeelde inhoud die zich primair samen laat vatten in de Gulden Regel: wat gij niet wilt dat u geschiedt, doe dat ook een ander niet. De Weltethos is zo een religieuze oriëntatie op de oneindigheid, die de potentie heeft om alle menselijke belangen en perspectieven te overstijgen en zich laat binden aan de mythologische kant van een bepaalde religieuze traditie.

Waarbij velen een trend zien van waardenverval, ziet Küng juist de mogelijkheid tot een waardenverandering. De verworvenheden van de moderne tijd, doelend op wetenschap, politiek, technologie en industrie kunnen behouden blijven en ten nutte worden aangewend. In de woorden van Küng:

Die spezifische Werte der industrielle Moderne – Rationalität, Ordnung, Gründlichkeit, Pünktlichkeit, Nüchternheit, Leistung, Effizienz – sollen nicht einfach abgeschafft, wohl aber in einer neuen Konstellation neu interpretiert und mit neuen Werten der Postmoderne, mit Imagination, Sensibilität, Emotionalität, Wärme, Zärtlichkeit, Menschlichkeit, kombiniert werden.6

Deze vorm van waardenverandering, is exact hetgeen wat cultuurchristendom zo relevant maakt voor ons allen. In een land en tijd waarin onze waarden en onze cultuur steeds vaker ter discussie staan en waar we op sommige gebieden een regelrechte afbraak zien, is het veranderen van moderne waarden richting christelijke waarden bij uitstek het antwoord op de vraag hoe we onze cultuur kunnen behouden. De bovengenoemde opvatting is een voorbeeldstroming van het cultuurchristendom waarin wordt gekeken naar de inhoudelijke waarde van het christendom die ondanks veranderende vormen behouden kan blijven.

Een andere blik kan gevonden worden in het werk van Gianni Vattimo. Deze voormalig marxistische Italiaan herontdekte het christendom (katholicisme) op een latere leeftijd. In zijn filosofische werken nam hij de vrijheid om zijn eigen betekenis te geven aan de al bestaande klassieke vormen. Vattimo nam afscheid van alle vormen van zogenaamde harde ontologie en hij kreeg juist meer waardering voor de zachte ontologie. Hierbij maken harde en propositionele claims plaats voor wat we het ‘geleefde’ kunnen noemen. Deze vorm van secularisatie betekende voor Vattimo een afscheid van een absolute werkelijkheid waarmee echter de mogelijkheid ontstond voor nieuwe religieuze betekenissen binnen de oude vormen. Hierbij is er eigenlijk een herontdekking gedaan van de religieuze ruimte, voorbij godskritiek, aangezien er geen verband meer is met een absolute waarheid. Aangezien er immers (volgens deze gedachtegang) geen objectieve feiten liggen aan de grondslag van religieuze betekenissen, wordt een subjectief verstaan weer mogelijk. Hierin treden de symbolen en rituelen op de voorgrond, terwijl de onderliggende inhoud aan relativiteit onderhevig is.

Relevantie van cultuurchristendom

Nu er een korte inleiding en samenvatting is gegeven van de betekenis en stromingen van cultuurchristendom, volgt vanzelfsprekend de volgende vraag: Waarom is cultuurchristendom relevant?

Een culturele en filosofische geschiedenis van meer dan duizend jaar is niet iets wat men zomaar overboord kan gooien, noch is dat iets wat goed is voor de maatschappij. Daarbij is het geenszins een waardig einde van een dergelijke religie die in de levens van onze voorouders dusdanig geïnspireerd heeft tot vele vormen van kunst, liefde en grootse daden. Het zoeken van een nieuwe vorm van christendom, waarbij absolutisme niet zodanig de hoofdrol speelt maar waarbij de prachtige normen en waarden wel een hoofdrol krijgen in onze moderne samenleving, zou dan ook een uitstekende manier kunnen zijn om het christendom een waardige plek te geven in de moderne samenleving voor veel mensen die zich niet tot absoluut geloven genegen voelen.

Het cultuurchristendom is bij uitstek de juiste vorm die hierin gebruikt kan worden. Tevens wordt het maatschappelijk ook vrij positief tegemoet gezien. Volgens ‘God in Nederland’ rekent 36 procent van de Nederlanders zich tot cultuurchristen en met politici zoals Thierry Baudet en discussies rondom christelijke partijen als de SGP over verbonden sluiten met de cultuurchristenen,7 is het een steeds terugkerende vorm van christendom in een op de oppervlakte steeds minder religieus Nederland.

Hoewel, zoals reeds benoemd, atheïsme welig tiert in de Nederlandse samenleving, is er toch een opvallende trend te zien: Nederland is één van de meest atheïstische landen van de wereld maar desondanks hebben we ook een groot aantal mensen die aangeven in “iets” te geloven, daarmee agnost zijn, en is er de bovengenoemde 36 procent die zich al rekent tot het cultuurchristendom. Wat valt hier uit op te maken? Het grote gedeelte wil niet het absolutisme van de kerk in hun dagelijks leven, maar er is daarentegen wel degelijk een vraag naar de antwoorden op het spirituele, evenals een liefde/heimwee naar de christelijke symboliek, waarden en tradities van weleer. In het ontkerkelijkte en ontkerkelijkende Nederland vallen deze mensen tussen wal en schip. Waar immers velen het niet zien zitten om elke zondag de kerkdienst bij te wonen, wordt elk jaar wel graag The Passion gekeken, vieren we de christelijke feestdagen, kijken we christelijke films en leren we graag de Bijbelse verhalen. En om deze praxis van het christendom levend te houden, is het cultuurchristendom broodnodig.

Wat dient het doel te zijn?

Zoals de naam al weergeeft, is het doel van cultuurchristendom niet de theologie te veranderen van het geloof. Noch is het om de rituelen van de verscheidene kerken of de liturgie te wijzigen. Cultuurchristendom dient zich te focussen op het bevorderen van de tastbare en maatschappelijke aspecten van het geloof; het behoud van de kerken, de waardering van de christelijke geschiedenis van Nederland (en in bredere zin ook Europa, Azië en Afrika), maatschappelijke dienstbaarheid middels diverse christelijke organisaties zoals de Caritasinstellingen, het behouden van de christelijke normen en waarden binnen de samenleving en het meehelpen aan de bescherming van de rechten van het geloof in Nederland. Cultuurchristendom moet gelimiteerd blijven hieraan en zoals eerder vermeld zich niet mengen in het ‘echte christendom’. Dit voornamelijk om het geloof te beschermen en in haar waarde te laten, maar ook om te zorgen dat cultuurchristendom een simpele en duidelijke betekenis heeft binnen de maatschappij, zonder dat er verwarring bestaat over haar reikwijdte. Het cultuurchristendom dient dus voornamelijk een maatschappelijke rol te ambiëren. De dogma’s moeten hierbij voornamelijk een bindende en communicatieve rol hebben en de daadwerkelijke inhoud en het waarheidsgehalte secundair aan de praxis.

Cultuurchristendom dient dus, om enige verwarring te voorkomen, buiten de kerkelijke en Bijbelse dogmatiek te blijven. Het zou de theologie geen eer aandoen om de leer te veranderen aan de hand van de culturele maatstaven van de huidige tijd. Evenmin zou het de ’echte’ gelovigen, die zich dagelijks met liefde, nederigheid en toewijding inzetten om hun leer zo goed mogelijk te volgen, eer aandoen. Cultuurchristendom is niet helemaal hetzelfde als het echte christendom (in alle facetten en alle stromingen beschouwende, ongeacht of hier sprake is van katholicisme, protestantisme of orthodox christendom) en dat zou het ook nooit na moeten streven. Voor de cultuurchristenen dient het hart te liggen bij de moraliteit en cultuur van christendom en zodoende moet ook de consensus bestaan dat juist door de theologie niet aan te tasten, het de beste weg is om het christendom te beschermen en de rol die het in de westerse cultuur speelt een warm hart toe te dragen.

Is cultuurchristendom absoluut nodig? Dit is en blijft een kwestie van perspectief. Menig christen zal zeggen van niet, veel atheïsten daarentegen zien religie als het kwaad. Mijn stellige overtuiging is dat cultuurchristendom broodnodig is om het geloof levende te houden binnen de maatschappij als geheel en om te voorkomen dat christendom wordt gereduceerd tot een marginale beweging zonder enig belang en nut in de samenleving. Cultuurchristendom is de frisse wind die het geloof in al haar pracht en praal levend kan houden onder de grotere aantallen in de maatschappij zonder de angst van absolutisme, iets wat menig atheïst vreest in de moderne tijd. Zoals Küng het al scherp inzag: het is aan ons om de waarden niet te laten vervallen, maar om via een waardenverandering het christendom levend te houden.


  1. Het citaat is afkomstig van de webpagina Caritasprojecten van de Rooms-Katholieke Parochie Heilige Bernardus van Clairvaux. ↩︎

  2. Cijfers afkomstig van het Centraal Bureau voor de Statistiek: Welk geloof hangen we aan?↩︎

  3. Uit een interview met Tom Holland in het Friesch Dagblad: Hoe het christendom het Westen vormde. ↩︎

  4. Definitie van cultuurchristendom in het Algemeen Nederlands Woordenboek (2009). ↩︎

  5. “Geen overleven zonder wereldethos. Geen wereldvrede zonder religievrede. Geen religievrede zonder religiedialoog.” Citaat afkomstig uit Küngs boek Hans Küng, Projekt Weltethos, Piper, München, 2010. Hier benoemd zoals geciteerd in het artikel Cultuurchristendom; van ietsisme en nietsisme en wat hen bindt. ↩︎

  6. “De specifieke waarden van de industriële modernen: rationaliteit, orde, grondigheid, punctualiteit, nuchterheid, prestatie, efficiëntie, dienen niet niet simpelweg te worden afgeschaft, maar in een nieuwe constellatie opnieuw geïnterpreteerd te worden en met nieuwe waarden van de postmodernen: met verbeelding, sensibiliteit, emotionaliteit, warmte, tederheid en mensheid te worden gecombineerd.” Ibid. p. 42, eveneens geciteerd in het voorgenoemde artikel. ↩︎

  7. Zoals eveneens opgemerkt door het CBS in hun onderzoek Religie in Nederland↩︎

Volledig mee eens dat het huidige Christendom niet tegelijkertijd voor iedereen onmisbaar en toegankelijk kan zijn; en daarom dus ook geen exoterisch karakter kan hebben. Oftewel Christendom dient zich niet langer te presenteren als een exoterische religie, maar moet terugvallen op haar esoterische, mysterieuze fundament.

Wat een sterke binnenkomer, Markoes! Van harte welkom bij de groeiende groep van Reactionairen.