Reactionair recht
21 minuten leestijd

Sanura  &  Calvin Tangelder

Reactionair recht

We moeten het over Roe en rechten hebben

Reactionair recht
21 minuten leestijd

Het Westen gaat gebukt onder een extreem simplistische en bijna mythische visie op de Franse Revolutie en de Verlichting. Door de Franse Revolutie zouden we zogenaamd democratie en dingen als rechtsstaat, vrijheid en ‘gelijkheid’ hebben. Daarvoor was er onderdrukking, uitbuiting en oneerlijkheid. De duistere Middeleeuwen en heksenjachten.

Het stereotype van de ‘duistere Middeleeuwen’ is inmiddels al verworpen door vrijwel alle historici maar er blijft een verkeerd beeld heersen omtrent pre-1789 Europa. 1789 (eigenlijk 1792) introduceerde het stelsel van meerderheidsdemocratie, niet het recht of de wet. Er is al geschreven, dat de rechtsstaat begon als een conservatief-liberaal en reactionair concept dat niets te maken had met democratie en zelfs niet essentieel gebonden was aan een trias politica.1

De trias politica zelf en haar ‘uitvinder’ Montesquieu hadden eveneens weinig met democratie te maken. Montesquieu beschreef de hoge eisen die nodig waren voor een succesvolle democratische staat en vertoonde antidemocratische sentimenten.23

Hetzelfde gold voor constitutionalisme, ‘checks and balances’ en ‘rule of law’. Allemaal populair onder extreem-conservatieve liberalen, allemaal niet verbonden met democratie. (De meeste vroege liberalen waren antidemocratisch. Volgers van de gematigde Verlichting. Dat was de tijd dat het liberalisme en conservatisme inwisselbaar waren en soms zelfs overlapten met het reactionairisme; de relatie tussen twee broers die rivalen waren maar een gemeenschappelijke vijand hadden.

Wet en en recht zijn ook veel ouder dan Montesquieu of Locke; ze zijn zo oud als de beschaving zelf. Rechtvaardigheid is een natuurlijk menselijk streven. Hetzelfde geldt voor het belang van veiligheid en stabiliteit. Mogelijk is wel het meest cruciale element consistentie, zekerheid, continuïteit. Wat ik vandaag bezit, bezit ik morgen ook. Mijn kinderen zijn vandaag van mij en morgen ook.

Dit vereist consistente principes. Bindende afspraken. Dit alles neigt naar conservatisme. Wanneer traditionele rechten of afspraken worden bedreigd, vloeit het over in reactionairisme. Daarom komen we met de term reactionair recht om de rechtstraditie aan te duiden die klassieke rechten en principes verdedigt en zo nodig herstelt.

De ultieme controverse

Een ideaal voorbeeld van wat nou precies het streven is van de reactionair, in juridische zin; het enorm actuele, maar zeer controversiële ‘brisantes Thema’ om met onze Duitse buren te spreken: de pro-life jurisprudentie. Nederland is niet zeer rijk aan rechterlijke uitspraken in dit domein, omdat vooralsnog niet wordt getoetst aan de grondwet (toetsingsverbod ex art. 120 Grondwet, maar om hier wat meer over te weten raad ik, Calvin, de lezer stevig aan om Sanura hier eens op na te lezen). Hier bezigen die ‘verrückte’ D66-rechters alleen toetsing aan internationale mensenrechtenverdragen of het EVRM.

De Reactionair

Boekenwinkel

Ondek onze grote collectie boeken, zoals Desengaño, in onze boekenwinkel.

Desengaño

Maar terug naar het onderwerp abortus. Het onderwerp waarvan de gemiddelde liberaal wakker ligt, sinds het zo verdomd ingewikkeld is om wat dit onderwerp betreft een steevaste opinie te vormen én behouden. Want moord is moord? Je doodt de baby? Oh, maar het is my body, my choice? En je bent wel voor de vaccinatieplicht? Heel ingewikkeld dit…

In ieder geval is het laatste woord hierover nog niet gesproken op zowel het politieke als het juridische toneel. Met de vele politieke veranderingen die in het verschiet liggen zal er nog veel meer over worden gediscussieerd, en we kijken er met smart naar uit.

West Duitsland en anti-Roe

Zoals gezegd is Nederland niet al te rijk wat betreft jurisprudentie omtrent het ongeboren leven. Ons buurland is dit echter wel. Laten we als voorbeeld de abortuszaak erbij halen van het Constitutionele Hof (hierna: hof) in West-Duitsland in 1975. In deze kwestie stond wetgeving centraal die het plegen van abortussen in het eerste trimester moest inkaderen. In deze zaak heeft het hof beslist dat de staat een essentiële rol speelt bij niet louter het beschermen van het eenmaal geboren leven, maar ook het leven van het ongeboren kind ‘en ventre sa mere’. Om het doel van bescherming van het ongeboren leven te bereiken, achtte het hof het noodzakelijk om het leven te beschermen door strafsancties te bepalen voor het plegen van abortussen, met uitzonderingen in geval van ermee gemoeide medisch gerechtvaardigde belangen (waar ofwel het leven van de moeder of het leven van het kind in dreigend gevaar is, of waar het kind verwekt is door middel van verkrachting).4

Alle gevallen van abortus, met uitzondering van levensbedreigende- of verkrachtingssituaties werden in strijd geacht met paragraaf 218 van het Duitse wetboek van strafrecht, en zijn derhalve onconstitutioneel verklaard.

Historische context

In ons westerse buurland was deze rechterlijke uitspraak geenszins een verrassing voor het volk, noch voor de (doorsnee) jurist. Sinds 1851 kent Duitsland (dat van 1871 tot 1945 nog het Duitse Rijk heette) abortuswetgeving. Van 1851 tot 1871 was abortuswetgeving vastgelegd in statuten van de Pruisische staten, en in het jaar 1871 heeft het Duitse Rijk regelgeving omtrent abortus opgenomen in sectie 218 van het Reichsstrafgesetzbuch (StGB). Dit waren strenge wetten. Het laten uitvoeren van abortus werd onder het Duitse Rijk zwaar bestraft; de Pruisische wet bepaalde celstraffen tot wel 5 jaar voor zowel moeder als de desbetreffende dokter. Ook uitzonderingen zoals levensgevaar van de moeder liet deze wet niet toe. Al kon de rechter in sommige uitzonderingen de celstraf van moeder en arts verlagen.5

Het was sinds de opkomst van de Weimarrepubliek dat er kritiek kwam op het absolute karakter van de pro-life politiek van Duitsland. De politieke verschuiving van het Duitse Rijk naar de Weimarrepubliek heeft niet enkel politieke verandering teweeggebracht. Ook de (grond)wet is op de schop genomen. De monarchie is gevallen en de Weimarrepubliek ging verder onder een rijkspresident, Friedrich Ebert, destijds partijleider van de SPD (Sociaaldemocratische Partij van Duitsland). In de jonge jaren van de Weimarrepubliek is ook de abortuswet flink onder druk komen te staan, en schoof de publieke en politieke opinie meer richting decriminalisering van abortus. Men wilde vrouwen straffeloos stellen na het laten uitvoeren van abortus, en ook vonden velen in deze beweging dat abortus volledig moest worden gelegaliseerd in het eerste trimester van de zwangerschap. Al deze vroege hervormingsplannen hebben het niet tot concrete wetgeving gehaald. Toch is deze wet niet onveranderd gebleven. In 1927 is het Reichsgericht, het hoogste rechterlijke college van de Weimarrepubliek, overstag gegaan, en heeft abortus gedecriminaliseerd in gevallen waarbij de moeder in gezondheids- of levensgevaar verkeerde.6

Nazi-Duitsland en eugenetica

Het was in Nazi-Duitsland dat abortus benaderd werd vanuit een sociaal-darwinistisch en collectivistisch perspectief. De nazipolitiek was extreem stellig over het behoud van het Arische ras en de ‘zuivering’ van zwakkere elementen.

De nazi’s breidden de gronden uit waarop abortus niet resulteerde in een strafsanctie tijdens de vroege jaren van het regime: (i) bredere definitie van gezondheidsgevaar voor de moeder, (ii) er was sprake van “erfelijk ziek nageslacht” (iii) of als het ongeboren leven een product was van het niet-Arische ras; dit resulteerde in de legalisatie van abortus in bezette gebieden die als niet-Arisch werden gezien, waaronder Polen. Voor dit laatste werden nazi’s vervolgd tijdens de RuSHA rechtszaak.78

Tegelijk ging dat, uiteraard, ook gepaard met het idee dat abortus op gezonde Arische kinderen werd gezien als een uitroeiing van het ras en van haar vitale energie en de erfelijkheid. Dit sentiment werd versterkt toen de nazi’s de oorlog aan het verliezen waren en elke man nodig hadden.

In maart 1943 kwam het bevel tot bescherming van het huwelijk, familie en moederschap, en deze bepaalde dat overtredingen van sectie 218 zouden resulteren in nog hevigere straffen dan de straffen die tijdens de Weimarrepubliek zijn bepaald voor het laten uitvoeren van een abortus. De wet werd echter zelden toegepast.9

Ironisch gezien zou je dus kunnen stellen dat Nazi-Duitsland enorm selectief pro-life was, en anderzijds selectief pro-abortus. Haar eigen Arische volk moest, koste wat het kost, door de zwangerschap heen. Hevige straffen werden bepaald voor de vrouwen die dit niet honoreerden. Voor het niet-Arische volk aan de oostkant van Duitsland zou het maar beter zijn om het ongeboren kind mit allen notwendigen Mitteln weg te (laten) halen.

Resumerend: abortus werd weer illegaal in West-Duitsland na de 1975 uitspraak, enkele bijzondere uitzonderingen daargelaten. Nazi-eugenetica had uiteindelijk invloed op de reactionaire pro-life jurisprudentie.

Verenigde Staten en Roe v. Wade

In 1973 is de Supreme Court (hooggerechtshof) van de Verenigde Staten, wat abortus betreft, een volledig andere weg ingeslagen dan Duitsland. Twee jaar voor de pro-life uitspraak van het Constitutionele Hof van West-Duitsland besloot het Supreme Court echter om Neurenberg te negeren en de wijze van Kinsey te volgen.

Waar de Supreme Court destijds al een rechterlijk oordeel had kunnen vellen om menselijke seksualiteit in ere te herstellen, en om post-WO II de eens ingestelde lijn van de RuSHA zaken te behouden, heeft ze toch een compleet andere uitspraak gedaan.

Zoals gezegd heeft de hoogste rechterlijke instantie van de Verenigde Staten in 1973 een hevige sociale, juridische en politieke verandering teweeggebracht, en heeft het miljoenen levens en tientallen jaren gekost voor het hooggerechtshof om (ons inziens) op het juiste spoor terecht te komen. Waar precies komt deze uitspraak op neer? Hoe keek de VS voor en rondom deze zaak naar abortus, en wat betekent de verwerping van dit arrest anno 2022?

De Amerikaanse geschiedenis

In de jonge Verenigde Staten is het niet heel lang het geval dat de publieke houding over abortus zo extreem gemakzuchtig is. Pas sinds de eind jaren 60, begin jaren 70 valt abortus, grotendeels vanwege perverse en tevens slecht gefundeerde ‘onderzoeken’ en theorieën van Alfred Kinsey, en de politieke en financiële steun van de Rockefeller familie, binnen de grenzen van het ‘betamelijke’.10 Voor de jaren 50 was het voor de zwangere vrouw geen vanzelfsprekendheid om haar baby te (laten) doden. De wettelijke steun hiervoor bestond immers niet, en ook voordat er überhaupt een constitutie van de Verenigde Staten bestond, was het Engelse Common Law geenszins voorstander van het fenomeen.1112

Sinds koloniaal Amerika, tot kort voor het begin van de Tweede Wereldoorlog, was de hopeloze en vaak ongehuwde vrouw aangewezen op abortieve middelen, of op illegaal gemaakt gereedschap dat gebruikt werd in ondergrondse praktijkjes, waar artsen voor een redelijke prijs het ongeboren leven beëindigden.13

NB: zowel de operatieve wijze van het uitvoeren van abortus, als ‘abortifacients’, de chemische wijze van uitvoeren van abortus (voornamelijk de jeneverbes savin, of jeneverbes olie) stonden destijds ook wel bekend als de ‘double killer’, omdat enerzijds de kennis van anatomie ontbrak en de kans op infectie groot was bij een operatieve abortus, en anderzijds omdat de jeneverbes savin dusdanig giftig is dat een ietwat hogere dosis niet alleen kind, maar ook moeder doodt.

De totaal onrealistische onderzoeken en theorieën van Alfred Kinsey – de man die stelde dat de mens slechts een seksueel gemotiveerd, van nature biseksueel, sinds geboorte seksueel actief wezen is, en die stelde dat kuisheid, monogamie enheteroseksualiteit slechts een door de maatschappij geforceerd vooroordeel is – zorgden voor een hoop ophef en woede binnen de maatschappij, behalve bij de reguliere media. In plaats van het factchecken (word a.u.b niet ziedend over mijn gebruik van dit enorm hippe en toepasselijke woord) of controleren van de grote onderzoeken van Kinsey, wiens testsubjecten grosso modo allemaal opgesloten criminelen waren,14 lieten de media hun ware aard zien: ze adoreerden Kinsey’s gatenkaas theorieën, in plaats van ze te bevragen.

Dit alles resulteerde in de grote seksuele revolutie in de jaren 60. Kinsey’s werk vormde het nieuwe fundament voor de seksuele voorlichting. Heteroseksualiteit en traditionele waarden werden gereduceerd tot een vreemde pathologie. Kinderen, jong in hun tienerjaren, werden geïndoctrineerd door onderwijsinstellingen die de bovengenoemde ‘theorieën’ van Kinsey lovend overnamen.

En zo werden ideeën als huwelijk, monogamie en heteroseksualiteit aan de kant geschoven voor een pedofiele, pornografische en biseksuele leer. Zaken als abortussen, scheidingen, sadomasochisme, verkrachtingen en kindermisbruik namen buitenmatig toe. Zo schreef dr. Judith Reismann – een schrijfster en grondlegger van de zogenoemde ‘anti-Kinsey beweging’ – in haar boek “Kinsey, Seks, And Fraud” dat al deze zorgwekkende gevallen direct te wijten waren aan Kinsey en zijn enorm gefraudeerde onderzoeken.15

Zoals eerder aangegeven veranderde de gehele denkwijze en het hele fundament van seks en huwelijk naar iets dat de reactionair zou zien als dystopisch en ongewenst, om het maar zo onschuldig en beknopt mogelijk te benoemen. Het was al gauw een kwestie van wachten totdat ook de wetgeving zou worden aangepast aan deze geperverteerde idioterie.

Seksuele revolutie, abortionisten aan de macht

De VS van de jaren 60 kende een groeiende groep pro-choicers en pro-choice organisaties, en dit ging dan ook gepaard met een stijging van het aantal gepleegde abortussen. Weliswaar illegaal: de vrouw die haar ongeboren kind wilde laten weghalen moest het pogen in een ander land. In enkele staten was abortus niet geheel illegaal, maar alleen wettig als het leven van de moeder in het geding was. Enkel vrouwen met een gevulde portemonnee konden het zich permitteren om een retourtje te boeken naar bijvoorbeeld Zweden, om daar een legale abortus te ondergaan.

Geheel binnen de lijn der verwachting: met de groeiende groep Kinsey-fanaten en pro-abortus organisaties groeide ook het aantal staten dat abortuswetgeving versoepelde. Enkele voorbeelden: In 1967 legaliseerde Colorado abortus (ook) in gevallen van verkrachting, incest en gevallen waarin de zwangerschap zou leiden tot een blijvende lichamelijke handicap bij de vrouw. Verschillende staten volgden. In 1970 maakte Hawaii abortus legaal op verzoek van de moeder. In datzelfde jaar bepaalde de staat New York (New York?! Wie had dat nou verwacht?) dat abortus legaal moest worden binnen de eerste 24 weken van de zwangerschap. Hiermee verdween uiteraard de ooit-zo-zuivere consensus over abortus. Staten versoepelden stapsgewijs hun abortuswetgeving. En niet veel staten, zelfs de dominant-conservatieve niet, hielden voet bij stuk. Conformeren met de rest van de kudde was blijkbaar hipper dan waarde hechten aan ongeboren leven.

Roe v. Wade en haar erfenis

En op een stormachtige dag, een handvol jaren later, in 1973, werd het Roe v. Wade arrest gewezen door het Supreme Court van de Verenigde Staten. Een rechterlijke uitspraak die enkele decennia geleden gedaan is, en sindsdien geenszins onomstreden blijkt. Een rechterlijke dwaling, wellicht, mede bewerkstelligd door rechter Harry Blackmuns onwetendheid en beïnvloed door Lawrence Laders kwaadaardigheid.

Pre-Roe was het aan iedere individuele staat om wetgeving te maken in welke gevallen abortus wel of niet was toegestaan. Al was abortus in weinig staten compleet verboden. Een dominant deel van de VS had abortus immers al gelegaliseerd in gevallen waar het leven van de moeder op het spel stond.

Zo ook in Texas. Mevrouw Norma McCorvey, beter bekend als Jane Roe (hierna Roe), was een inwoonster van de staat Texas. Zoals 28 andere staten had Texas destijds wetgeving die abortus toestond, mits levensgevaar van de moeder een aantoonbaar feit was.

Roe had de financiële middelen niet om af te reizen naar een ander land om haar doel te realiseren, of om een goede dokter te betalen die de abortus vervolgens in het geheim zou uitvoeren. Vrouwen als Roe waren dus aangewezen op (i) illegale en gevaarlijke ‘Back-alley’ operaties, of (ii) het juridisch aanvechten van de abortuswetgeving.

Zo geschiedde: Roe werd verwezen naar advocaten Linda Coffee en Sarah Weddington, die niet bang waren voor een juridisch potje vechten, en die tevens al bekend stonden als fervente tegenstanders van abortuswetgeving. Het lef om er een juridische zaak van te maken was natuurlijk niet geheel nattevingerwerk; zo konden deze advocaten aan de maatschappelijke trend natuurlijk wel aflezen dat de maatschappij afstevende op een meer Kinsey-esque, seksueel perverse, anti-huwelijk samenleving.

Enfin, de advocaten van Roe dienden een rechtszaak in tegen destijds officier van justitie (vert: district attorney) van Dallas, Henry Wade. De juridische argumenten die de partij van Roe aandroeg waren de volgende:

  • de Texaanse abortuswet was een schending van het recht op ‘vrijheid’, dat gewaarborgd werd door het 14e amendement;

  • de Texaanse wet maakte een inbreuk op huwelijks-, familie- en seksuele privacy die beschermd werd door de Bill of Rights;

  • het recht op abortus is een recht, dat valt onder gezondheidszorg voor vrouwen, en iedere vrouw zou gerechtigd moeten zijn om een zwangerschap, om welke reden dan ook, of op welk tijdstip dan ook, te beëindigen.

Kortom, zo stelde Roe, de Texaanse statuten waren ‘onconstitutioneel vaag’, en deze gingen voorbij aan recht op persoonlijke privacy, zoals beschermd door de eerste, vierde, vijfde, negende en veertiende amendementen.

De staat Texas heeft (uiteraard) juridische argumenten naar voren gebracht om haar abortuswetgeving te verdedigen. De voornaamste argumenten in casu luidden:

  • staten hebben belang bij het waarborgen van gezondheid, behoud -dan wel verbetering- van medische standaarden en het beschermen van het prenatale leven;

  • ​een foetus is een ‘persoon’ en dus beschermd door het 14e amendement;

  • ​bescherming van het prenatale leven vanaf het moment van conceptie valt onder het belang van de staat.

Het zou nu de doorsnee jurist moeten opvallen dat dit al gauw neerkomt op een debat dat zal worden gevoerd op twee fronten. Enerzijds wat precies valt onder een ‘persoon’, of de ongeborene dan wel of niet bescherming geniet volgens de letter van de wet, en met andere woorden dus ook wordt beschouwd als een persoon. Anderzijds of een abortus binnen de reikwijdte ligt van het recht op privacy, of er een constitutioneel recht op privacy is, of dat privacy in een wet dusdanig wordt uitgelegd dat ook kan worden beargumenteerd dat de keuze om een abortus te ondergaan hierdoor wordt beschermd.

Zoals hopelijk al duidelijk uit de voorgaande paragrafen, heeft een ander soort gedachtegoed, de gedachte dat het ongeboren kind op veel wijzen een soort obstakel of last is, het Hooggerechtshof geïnfiltreerd via de wegen van Kinsey, naar Lader, naar Blackmun en enkele confrères.16

Het oordeel van het Hooggerechtshof

Tijdens de zitting beoordeelde het hof deze kwestie in twee delen. Het hof legde zich eerst toe op de vraag of abortus valt onder het recht op privacy. Het hof kwam tot de conclusie dat abortus wel valt onder privacyrechten. De VS kent niet zoiets als een constitutioneel recht op privacy, maar dat recht vloeit voort uit het veertiende amendement, en brengt eerder een impliciet bepaald recht met zich mee, aldus het hof. Het hof heeft in een vorige uitspraak eens gesteld dat “in a Constitution for a free people, there can be no doubt that the meaning of ‘liberty’ must be broad indeed” (Board of regents v. Roth (1972)).17 Dus, het hof erkent dat er niet iets is als een recht op privacy dat geregeld is in de grondwet, maar ziet het wel impliciet terug in het veertiende amendement, in de beginselen van de staat zelf, en uit eerdere rechtspraak waarbij dus gebleken is dat de vrijheid en privacy van een persoon ook strekt tot seksuele privacy. Resumerend kwam het hof tot de conclusie dat het recht op privacy een dusdanig breed recht is, dat het breed genoeg is om de keuze van de vrouw om haar zwangerschap wel of niet te beëindigen hier ook onder geschaard te zien.

Enige nuance moet hier wel op worden aangebracht. Zelfs als pro-lifers moeten we zeggen dat het hof hier niet volledig voorbij gaat aan het ongeboren leven. Appellante (in casu dus Roe en haar raadsvrouwen) waren van mening dat een vrouw een absoluut recht op privacy heeft, en dat de staat zich op geen enkele wijze mag bemoeien met hoe de vrouw haar zwangerschap invulling geeft. Het hof ging hier niet in mee; het idee dat Texas op geen enkele wijze belang heeft bij het reguleren of beperken van abortus, en dat alle vrijheid bij de moeder ligt, gaat zelfs voor het hof net te ver. Het hof erkende dat de staat zeker gemoeide belangen kan hebben bij bescherming van het ongeboren leven, en dat deze dan ook zeker paal en perk mag stellen aan bepaalde omstandigheden.

Het tweede deel van de juridische kwestie richt zich op de beoordeling van de vraag of de ongeborene gezien wordt als een ‘persoon’, volgens de wet. Geïntimideerde (= juridische term voor tegenstander van appellant(e)) stelde dat de ongeborene een persoon is in de zin van het veertiende amendement. Tijdens de zitting werd deze stelling onderbouwd door te focussen op het biologische proces na conceptie en de ontwikkeling van de ongeborene in de baarmoeder. Het hof maakte nog kort even de opmerking dat, mocht dit argument slagen, en de ongeborene dus worden aangemerkt als persoon, de zaak zou eindigen ten nadele van appellante. Als de ongeborene een persoon zou zijn, zou het recht van leven van de foetus namelijk specifiek worden beschermd door dit amendement.

Ter verduidelijking, in geen enkele rechterlijke uitspraak is deze kwestie eerder aan bod gekomen, dus geïntimideerde kon (helaas) geen beroep doen op jurisprudentie. Voor alle partijen was het dus een schot in het donker om dit pleidooi te maken.

Ook de grondwet van de VS was/is niet duidelijk over wat een persoon precies is. Er wordt naar personen gerefereerd als ‘inwoners’, ‘personen geboren in de VS’ en in bepaalde migratie- en slavernijwetten. Al deze vormen van gebruik van het woord persoon echter, duiden allemaal op postnatale mensen. Geen enkele indicatie dat ‘persoon’ ook betrekking zou hebben op de prenatale fase.

Met deze feiten voorhanden, bepaalde het hof dat de ongeborene niet inbegrepen is bij het woord ‘persoon’, zoals gebruikt in het veertiende amendement, en dus ook geen aanspraak kan maken op de bescherming van de specifieke rechten van dit amendement. Het hof voegde eraan toe dat een eventueel andere opvatting over het leven en wanneer dat begint (zo beschouwen vele godsdiensten het leven als iets dat begint vanaf conceptie) een staat niet een vrijbrief geeft om de ‘rechten van de vrouw die in geding zijn’ met voeten te treden.

Het hof introduceerde hierbij ook het derde-trimester-systeem waarin de zwangerschap wordt opgedeeld, en versoepelde de grenzen van abortus hiermee dramatisch. Dit kwam op het volgende neer: binnen het eerste trimester mag een staat simpelweg geen abortus in de weg staan, anders dan verplichten dat de abortus alleen mag worden gedaan door een gediplomeerde arts. Binnen het tweede trimester mag een staat regels stellen omtrent abortus, maar alleen als deze regels redelijkerwijs gerelateerd zijn aan de gezondheid van de vrouw. Is het derde trimester (attentie: dit is vanaf maand 7 tot aan de bevalling!) aangebroken, dan pas weegt het belang van de staat bij de bescherming van het ongeboren leven zwaarder dan de privacybelangen van de moeder. In dit trimester mag de staat abortus verbieden, tenzij abortus noodzakelijk is om het leven van de moeder te redden.

De gevolgen van de uitspraak

Kort gezegd komt het er theoretisch op neer dat deze uitspraak van het hof de weg naar de arts enorm vergemakkelijkte, en de wetgevende macht van de staten enorm heeft beperkt.

Ook in de praktijk viel dit te merken: sinds Roe zijn er minstens 60 miljoen ongeboren levens verloren gegaan. 60 miljoen zich ontwikkelende baby’s zijn sinds 1973 kapot getrokken, 120 miljoen potentiële of aanwezige armen en benen zijn geamputeerd. 60 miljoen hartjes (al dan niet in wording) zijn geperforeerd en weggezogen, unieke DNA codes zijn vernietigd. Zo wilde het hof het echter niet zien, dus merkte het hof de ongeborene maar niet aan als ‘persoon’. Liever stond men blijkbaar massamoorden toe dan dat ze een boze, linkse ‘my body, my choice’ demonstrant vastgeplakt zouden zien op hun oprijlaan.

Roe is niet meer…

Roe is recent ongedaan gemaakt door het arrest van Dobbs. Dit heeft voor intense reacties gezorgd, niet alleen in de VS maar in de hele westerse wereld. Het was echter geen pro-life of authentiek reactionaire beslissing. Abortus is niet strijdig verklaard met de grondwet of verboden in alle staten. De beslissing is niet vergelijkbaar met die van het Constitutionele Hof van West-Duitsland.

Dobbs was alleen reactionair in de zin dat ze progressief rechterlijk activisme ongedaan maakte en terugkeerde naar de oorspronkelijke betekenis van de Amerikaanse federale grondwet. Het gevolg is echter meer terughoudendheid van het supreme court in kwesties waar de grondwet niks over zegt. Gezien het feit dat de grondwet een zeer beperkt document was, gericht op beperkte zaken die toendertijd belangrijk werden gevonden, versterkt dit het federalisme en het democratisch proces.

Originalisme is niet een louter rechts/conservatief concept in de VS. Een van de meest prominente voorstanders was progressief-liberale rechter Hugo Black, een FDR-benoeming. Black verwierp het (economisch) rechtse activisme dat populair was tijdens de Lochner periode.18

Dobbs staat in het verlengde hiervan, niet van de Duitse pro-life jurisprudentie. Reactionaire pro-life jurisprudentie wordt tegenwoordig doorgezet in Polen door het constitutionele tribunaal. De omstreden beslissing in 2020 die abortus op gehandicapten strijdig met de grondwet verklaarde bouwde simpelweg voort op een beslissing uit 1997 die abortus om sociaaleconomische redenen ongrondwettelijk had verklaard.

Conclusie: Constante strijd voor leven en tegen dehumanisatie

Pro-life jurisprudentie blijft nauw verbonden met reactionairisme en de erkenning van onveranderlijke principes, objectieve moraliteit en rechtvaardigheid. Dit zal alleen maar relevanter worden naarmate polarisatie en de radicalisering van revolutionair denken toenemen. Interessant blijkt dan ook de enerzijdse hang naar globalisering en liberalisering, en anderzijds het startschot voor wat lijkt te zijn de reactionaire grip op diepgewortelde, controversiële (politieke) onderwerpen.

Hebben ongeboren kinderen rechten die de vrijheden van hun ouders inperken, net als reeds geboren kinderen of niet? Is hun recht op leven belangrijker dan radicale seksuele vrijheid?


  1. Sanura, Verlichting en contraverlichting↩︎

  2. Stanford, Baron de Montesquieu, Charles-Louis de Secondat ↩︎

  3. Pasi Ihalainen, Agents of the People: Democracy and popular sovereignty in British and Swedish Parliamentary and Public Debates, p. 117. ↩︎

  4. Deutschsprachiges Fallrecht, Schwangerschaftsabbruch I↩︎

  5. Florian Miedel, Is West Germany’s 1975 Abortion Decision a Solution to the American Abortion Debate: A Critique of Mary Ann Glendon and Donald Kommers↩︎

  6. Helen Boak, Women in the Weimar Republic↩︎

  7. Atina Grossmann, Reforming Sex: The German Movement for Birth Control and Abortion Reform↩︎

  8. Nuremberg military tribunal: Volume V, p. 163. ↩︎

  9. Jill Stephenson, Women in Nazi Germany↩︎

  10. Judith Reismann, Kinsey: Crimes and Consequences↩︎

  11. Marvin Olasky, Did Colonial America have abortions? Yes, but …↩︎

  12. Robert Knight, Kinsey and Our Culture↩︎

  13. Ook wel abortifacients in de VS genoemd, afgeleid van het Latijnse ‘abortus’ = miskraam en ‘faciens’ = makend. ↩︎

  14. Judith Reismann, Kinsey: Crimes and Consequences↩︎

  15. Judith A. Reisman, Edward W. Eichel, Kinsey, Sex and Fraud↩︎

  16. Sue Ellen Browder, The Men Who Wrote Roe v. Wade↩︎

  17. U.S. Supreme Court , The BOARD OF REGENTS OF STATE COLLEGES et al., Petitioners, v. David F. ROTH, etc.↩︎

  18. What Is Originalism?↩︎

Voor wie niet geloven in de onsterfelijke ziel, in het unieke van iedere boorling, is abortus geen probleem.