De ware horror van het hedendaagse Halloween
Hoe een heilig feest tot simpel hedonisme vervallen is
ReligieDe viering van Halloween zoals deze zich vandaag de dag manifesteert heeft als voorname functie ieder, door middel van een verkleedpartijtje, de mogelijkheid te geven te ontsnappen aan het zware juk van een deel van de kleinburgerlijke moraliteit, zodat kinderen zich volvreten met de nieuwste Amerikaanse fabricages van suikerdrab en jongvolwassenen zich voldrinken en hun mannenlijkheid nat proberen te krijgen. In deze functie is de huidige viering een slap aftreksel, een overblijfsel, van de oorspronkelijke viering ervan, ongeveer als de latere Saturnalia. Nu, laten we dan zien naar de betekenis van de oorspronkelijke viering.
‘Halloween’ komt van ‘All Hallows Eve’, ofwel Allerheiligenavond. De datum waarop het gevierd wordt, 31 oktober, is namelijk, voor u die niet zo bekend zijn met de kerkelijke kalender, de avond voor Allerheiligen, het feest ter nagedachtenis aan alle heiligen en martelaren. Ook belangrijk om te gedenken is de feestdag die er op volgt, namelijk Allerzielen, waar de zielen in het vagevuur worden herdacht.
De data waarop deze dagen plaatsvinden zijn niet, zoals de revolutionairen (en hun zonen, de modernen) met hun feestdagen wel doen, willekeurig gekozen, maar zijn een indicatie voor de aard ervan. Ze vinden namelijk een tijd na de equinox, maar nog ruim voor de zonnewende plaats. Deze feesten zijn dientengevolge ‘overgangsfeesten’, of ‘liminale’ (van ‘limen’: grens) feesten. De barrière, voornamelijk tussen de levenden en de doden, vervaagt, of wordt zelfs verbroken. Dit moge dan de primaire grens zijn die wordt verbroken, als afgeleide hiervan worden ook nog vele andere grenzen, zoals die tussen standen en seksen en leeftijden, vervaagd, verbroken of omgedraaid. Zo kon bijvoorbeeld een jongetje (of een student) tot voor een dag tot bisschop benoemd worden, en zou de echte clerus maskers opdoen of zich als vrouw verkleden. Een ander voorbeeld is de dodendans of ‘danse macabre’, waarbij de horigen zich als dode pauzen of koningen verkleedden, om te tonen hoe ieder gelijk was in de dood.
De Reactionair
Boekenwinkel
Ondek onze grote collectie boeken, zoals De seksuele revolutie, in onze boekenwinkel.
Maar goed, de primaire betekenis en functie van deze feesten is dus het contact tussen de levenden en de doden te vergemakkelijken en begeleiden. Allereerst en allerbelangrijkst is het te vragen om de hulp van de heiligen, die dood voor ons zijn, maar die eigenlijk meer leven dan wij, en voor wie wij de echte doden zijn. Daarnaast vragen wij hen dan te bidden voor de zielen in het vagevuur, die nog niet het licht van de dag aanschouwen, maar nog in een staat van overgang zijn, aan de vooravond van de nieuwe dag staan. Hieruit volgt ook de praktijk van het bakken van allerlei lekkernijen, die dan aan de armen en kinderen werden gegeven, in ruil voor hun gebeden voor de doden. Een derde functie is dat wij door deze feesten continu herinnerd worden aan de dood, het lot dat ons allen te wachten staat, en dat wij altijd voor ogen zouden moeten houden. Het is dan ook geen toeval dat dit feest in de herfst plaatsvindt, het seizoen waarin de natuur recht voor onze ogen versterft. Een vierde doel van bepaalde praktijken rond dit feest is de bescherming tegen de derde groep van doden, namelijk tegen hen die noch in de hemel noch in het vagevuur zijn, maar die ons proberen neder te trekken naar hun ondergrondse standplaats in de hel. Want waar de barrière tussen de levenden en de doden vervaagd wordt, is er niet alleen ruimte voor hemelse invloeden, maar ook voor duivelse. Een voorbeeld hiervan is de praktijk van het maken van grote Vreugdevuren. Deze werden niet, zoals velen denken, gebrand om hun vuur, maar om hun as. Het as is namelijk het gestorven vuur, een gefossiliseerd, gekristalliseerd vuur. De deelnemers smeerden het op hun gezichten, lieten hun vee door de rook lopen, aan de ene kant opdat ze als het ware deel zouden worden van het legioen der doden, aan de andere kant dus om zich juist te beschermen tegen deze invloeden ‘van onder’.
Hier is dan een deel van de functies van deze feesten beschreven, waarvan de betekenis om verscheidene redenen verduisterd is geraakt. De grootste boosdoener zullen hier bepaalde ‘christelijke’ groeperingen zijn (protestanten), die ofwel ‘paapsche’ ofwel ‘heidense’ elementen (die voornamelijk uit de verbeelding van 19de eeuwse academici vloeiden) in deze feesten zagen en ze in meerdere of mindere mate uitgeroeid hebben (net als bijvoorbeeld Sinterklaas, Carnaval en soortgelijke feesten). De tweede grote boosdoener is de burgerij die de lijken van deze feesten hebben opgegraven en er een seculiere geest in hebben geblazen, zoals bijvoorbeeld Charles Dickens en de zijnen met Kerstmis gedaan hebben. Als laatste boosdoener heb je de post-burgerij, de laatste mens, de kasteloze, die zelfs de burgerlijke moraliteit (‘het is een familiefeest/kinderfeest’, ‘het is voor de armen’, etc.) niet aankunnen en deze feesten ofwel compleet negeren ofwel tot puur hedonisme degraderen. Misschien verkleden ze zich wel, doch niet meer als de doden, maar als de nieuwste Marvel superheld; misschien verwachten ze wel snoep, maar in ruil ervoor bidden ze niet meer voor de doden; misschien gaan ze wel naar feesten, maar er zijn geen standen of seksen of leeftijden meer om te vervagen of te verwisselen! (we leven namelijk al in een voortdurend sinister Carnaval); ze steken vast (elektrische) vuren aan, maar ze vergeten het as.
Ach, wellicht kunnen deze feesten ooit hersteld worden in hun oorspronkelijke glorie, als deze vespers voorbij zijn en de lauden weer gezongen worden. Voor nu kunnen we alleen de nachtwake houden, en de levende heiligen te vragen te bidden voor de doden, dat is, voor ons, nog in het lichaam, en voor hen die het lichaam verlaten hebben maar nog niet in het vaderland aangekomen zijn.
JC Civilis
Johannes
Hartelijk dank voor dit belangrijke artikel! Ik plaats hierbij een artikel uit mijn traditie, Oosters-Orthodox.
https://pravoslavie.ru/49484.html